Reeks 1
9.30 – 10.45 uur

Werkvorm
Presentatie

Thema
Docenten

Ontwerp als bindmiddel bij interdisciplinaire service-learning projecten

 

door Aurelie De Smet (KU Leuven)
Burak Pak (1)
Yves Schoonjans (Samenlevingsopbouw Brussel)
Geraldine Bruyneel (Samenlevingsopbouw Brussel)

In 2016 sloegen Samenlevingsopbouw Brussel (SOB), de Faculteit Architectuur van de KU Leuven en het Centrum Algemeen Welzijnswerk Brussel (CAW) de handen in elkaar. Als reactie op het nijpend te kort aan betaalbare woningen en het stijgend aantal thuislozen in het Brussels-Hoofdstedelijk Gewest (BHG), dienden ze gezamenlijk een aanvraag in binnen het Co-create programma van Innoviris, het Instituut voor Onderzoek en Innovatie van het BHG. Hun voorstel werd goedgekeurd, met als gevolg dat, sinds 2017, acht thuisloze Brusselaars, samen met sociaal werkers van SOB, begeleiders van CAW en docenten, onderzoekers en studenten van de KUL, in het kader van het project ‘Solidair Mobiel Wonen’ (SMW), werken aan het ontwikkelen van een innovatief en veerkrachtig model voor wonen in mobiele huizen op stedelijke wachtterreinen in het BHG. Bedoeling van het model is om thuislozen te laten participeren aan de co-creatie van hun (t)huis, buurt en stad.

Het trans-disciplinaire SMW-project, dat gekenmerkt wordt door toegepast onderzoeks- en experimentele ontwikkeling, heeft vier concrete doelstellingen voor ogen: 1) het ontwikkelen van nieuwe vormen van hulp en begeleiding voor thuislozen, 2) de creatie van een innovatieve, mobiele en modulaire, woonoplossing, 3) het versterken van kleinschalige solidariteitsnetwerken in de stad en 4) het betrekken van kwetsbare bewoners in tijdelijk gebruik van on(der)benutte ruimtes.

Het project wordt uitgevoerd als een Participatief Actie Onderzoek in een ‘Living Lab’ context. Concreet betekent dit dat de projectpartners, samen met een groot aantal andere stakeholders, ook effectief een eerste SMW-pilootproject [1] ontwerpen en bouwen op een concrete site in het BHG. Op die manier worden het ontwikkelde model en bijhorende benaderingen meteen getest en geëvalueerd. Het project doorliep tot nu toe drie grote actie onderzoek cycli.

De acht toekomstige bewoners worden beschouwd als volwaardige partners die actief deelnemen aan elke fase van het project. Hierdoor co-creëren ze niet enkel hun eigen (t)huis, maar ontwikkelen ze ook stap voor stap een solidaire woongemeenschap, in interactie met de buurt. De bedoeling is dat ze hierdoor niet enkel terug grip zouden krijgen op hun eigen woontraject, maar ook op hun hele leven.

In de loop van het project werden gaandeweg ook diverse studenten van de Faculteit architectuur betrokken. Telkens sloten deze studenten vanuit diverse vakken [2] – die niet noodzakelijk officieel gemarkeerd staan als ‘service-learning vakken’ – eveneens aan als volwaardige partners. Door samen met de andere actoren te zoeken naar antwoorden op de specifieke uitdagingen van de betreffende projectfase, droegen ze, vanuit hun eigen competenties, bij aan het onderzoeks- en ontwikkelingsproces. Op die manier voedden ze mee het maatschappelijke debat rond betaalbaar wonen, leegstand en vastgoedspeculatie. Vice versa droegen de ervaringen, die ze in dit kader opdeden, bij aan hun eigen leerproces. Via ‘reflection-in-action’ bouwden ze hun kennis uit en dachten ze kritisch na over hun eigen rol en positie, als ‘cross-benching’ professionelen en als geëngageerde burgers. Ze werden hierbij begeleid door zowel hun docenten als door de andere partners.

In deze paper beschrijven we hoe diverse vakken van de Faculteit Architectuur, in de context van het trans-disciplinaire SMW-project, een service-learning vorm aannamen en welke mogelijkheden en uitdagingen we hierbij ondervonden. Hoe droegen de vaardigheden van de architectuurstudenten bij aan het faciliteren van de interactie tussen de diverse partners en het versterken van de kwetsbare doelgroep? Hoe werd het curriculum aangepast om service-learning mogelijk te maken, in de diverse fases van het SMW-project? Wat is de specificiteit van ontwerpstudio’s en ‘participatory design learning’ in dit kader?

We besluiten dat ‘samen ontwerpen’ kan ingezet worden als een effectief middel voor wederzijds leren, over disciplinaire en andere verschillen heen (cf. Nassaeur, 2013) en dat architectuurstudenten, dankzij hun specifieke vaardigheden hierin, via een service-learning aanpak, een verenigende, bemiddelende en inspirerende rol kunnen spelen. We tonen aan hoe service-learning in de opleiding Architectuur al van oudsher in de werkvormen ingebakken zit. En, we beschrijven hoe in het kader van inter- en trans-disciplinaire projecten service-learning een fluïde vorm kan aannemen en zo integrerend kan werken over diverse vakken en vakgebieden heen.

 

[1] Het pilootproject omvat acht kwalitatieve, betaalbare mobiele wooneenheden en een collectieve ruimte en een semi-publiek landschap, die interactie mogelijk maken enerzijds tussen de bewoners onderling, en anderzijds tussen de bewoners en de buurt.

[2] In het kader van SMW sloot eerst het keuzevak ‘Urban Projects, Collective Spaces & Local Identities’ aan. Hierin werd samen met alle partners een noden en wensen-analyse uitgevoerd, werden er voorbeeldige cases bestudeerd en werd er een methode ontwikkeld voor het selecteren van een geschikte projectsite. Vervolgens werd er een ontwerpstudio georganiseerd, de ‘Solidary Mobile Housing Desing Studio’, waarin gewerkt werd aan het ontwerp van de woningen, de collectieve ruimte en het semi-publieke landschap. Daarna sloot het Keuzevak ‘Dissecting the Building’ aan, waarin het finale ontwerp verder werd gedetailleerd. Tenslotte sloot het keuzevak ‘Altering Practices for Urban Inclusion’ aan, van waaruit werd bijgedragen aan het initieren van de buurtintegratie.

UCSIA

Koningstraat 2
B-2000 Antwerpen
info@ucsia.be
Tel. +32 (0)3 265 49 60